M × V = P × T
Money × Velocity = Price × Trade
de hoeveelheid geld die we in een periode uitgeven = de waarde van de verhandelde goederen

waarbij:

M = Maatschappelijke geldhoeveelheid
V = Omloopsnelheid van het geld (aantal keren dat we het geld in een periode uitgeven)
P = Gemiddeld prijsniveau
T = Verhandelde hoeveelheid goederen

print