Vraag 1

Uit het nieuws

Onderzoek: tot 13 procent van zzp’ers is schijnzelfstandig
13 december 2018

Tussen de 10 en 13 procent van de zzp’ers heeft eigenlijk recht op een vast baan. Deze 75.000 tot 100.000 schijnzelfstandigen werken vaak in sectoren als de bouw, post of de zorg.

Dat blijkt uit onderzoek van onderzoeksbureau SEO Economisch Onderzoek, in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het ministerie wilde meer inzicht hebben in de groep van ruim 1 miljoen zzp’ers in ons land.
De zzp’ers die waarschijnlijk schijnzelfstandig zijn hebben vaak een uurtarief lager dan 18 euro, zijn vaker dan gemiddeld parttime zelfstandige en verrichten vaak werkzaamheden voor maar één opdrachtgever.

a

Leg uit waarom werkgevers in deze sectoren zoveel gebruik maken van schijnzelfstandigen. Noem drie redenen.

b

Leg uit waarom sommige schijnzelfstandigen geen bezwaar hebben tegen deze constructie.

Ook uit het nieuws

Minimumloon voor zzp’ers: 16 euro per uur
5 juli 2019

Zzp’ers gaan vanaf 2021 minimaal 16 euro per uur verdienen. Het kabinet wil met dit minimumtarief tegengaan dat mensen werken voor een bedrag waar ze niet van kunnen rondkomen.
Wie voltijd werkt, moet van die inkomsten kunnen leven. Maar dat geldt momenteel niet voor een deel van de zzp’ers: 8,6 procent van de zzp-huishoudens had in 2017 een inkomen onder het bestaansminimum tegenover 1,6 procent van de werknemers. Het kabinet wil voorkomen dat een dergelijke groep werkende armen ontstaat.

c

Leg uit dat het kabinet verwacht dat dit minimumloon voor zzp’ers het probleem van schijnzelfstandigen kan beperken.

d

Leg uit dat sectoren die sterk wisselende hoeveelheden werk hebben, zoals bouwondernemingen, ook bij dit minimumloon nog steeds de voorkeur zullen hebben voor (schijn)zzp’ers.

e

Noem nog twee andere flexwerk-vormen die een bouwonderneming ook kan gebruiken om te kunnen inspelen op wisselende hoeveelheden werk.

Vraag 2

Uit het nieuws

Zzp-docent rukt op: meer vrijheid, minder werkdruk
05 februari 2019

Een groeiend aantal leraren schrijft zich in als ondernemer en staat als zzp’er voor de klas. Met uurtarieven van 60 euro per uur lijkt dat een lucratieve business. “Maar reken jezelf niet te snel rijk.”

Kende het basisonderwijs begin 2015 nog slechts 100 mensen die zich bij de Kamer van Koophandel hadden ingeschreven als bijvoorbeeld onderwijzer of invalkracht in het onderwijs, waren dit er begin 2019 al 186.  

Voor het voortgezet onderwijs is deze toename nog groter: daar steeg het aantal inschrijvingen van 101 in 2015 tot 193 begin 2019. Vermoedelijk liggen die cijfers nog hoger, omdat de KvK deze aantallen baseert op de vrijwillig ingevulde bedrijfsomschrijvingen.

a

Leg de voordelen waar de kop van dit artikel aan refereert uit.

b

Leg de waarschuwing in de inleiding van dit artikel uit.

In een discussie tijdens de les beweert een leerling:
“De aantrekkelijkheid van zzp-schap komt vooral door de krapte op de arbeidsmarkt.”

c

Geef de verklaring die past bij bovenstaande bewering.

Vraag 1

a

Voor werkgevers heeft het een flink aantal voordelen:

  • De werkgever hoeft alleen te betalen voor het gewerkte aantal uren en kan de samenwerking elk moment beëindigen.
  • De werkgever hoeft geen sociale premies en verzekeringen te betalen voor de arbeidskracht.
  • Het uurloon ligt vaak lager, omdat de arbeidskracht geen beroep kan doen om minimumloon of cao.
  • In veel gevallen moet de zzp-er voor zijn eigen gereedschap (of auto, fiets, enz) zorgen, dus ook dat is een extra kostenbesparing voor het bedrijf.
b

Sommige mensen vinden het erg fijn dat ze nergens aan vast zitten. Het geeft meer vrijheid.

c

Een belangrijk voordeel (het hele lage uurloon) valt weg. In sommige situaties zullen de nadelen van zelfstandigen dan niet meer opwegen tegen de voordelen.

d

Eigen personeel zit je aan vast. Die moet je ook betalen als er even geen werk is. Zelfstandigen hoef je niet meer te betalen als je ze niet meer nodig hebt.
Bedrijven die soms veel en soms minder personeel nodig hebben kunnen de zelfstandigen gebruiken om de pieken op te vangen, zonder kosten in de periode dat minder personeel nodig is.

e

Bekende andere vormen van flexwerk zijn:

  • uitzendkrachten
  • oproepkrachten (0-uren contract)
  • tijdelijke contracten (bijvoorbeeld jaarcontract)

Vraag 2

a

Docenten hebben naast hun lesgeven nog veel andere taken. Docenten die werken als zelfstandigen hebben die taken vaak niet. Daardoor houden ze veel tijd over, hetgeen minder werkdruk oplevert. 

b

Een hoog uurloon klinkt leuk, maar:

  • Vakantie wordt vaak niet doorbetaald.
  • Je moet zelf je hele pensioen sparen (daarvoor krijg je geen extra bijdrage van de werkgever).
  • Je bent niet verzekerd, dus die moet je ook zelf betalen (of extra risico lopen).
  • Je weet nooit zeker dat de tijdelijke banen goed op elkaar aansluiten, zodat je ook een tijdje géén salaris kunt hebben.
c

In tijden van een krappe arbeidsmarkt kan een zzp-er goed onderhandelen over zijn beloning. Het uurloon zal dan aantrekkelijk zijn.
In tijden van een ruime arbeidsmarkt zullen scholen (werkgevers) geen extra dure krachten inhuren.

print