Vraag 1

Enkele voorbeelden van markten:

  • Obligatiemarkt

  • Vakantiebeurs

  • Arbeidsmarkt

  • Rommelmarkt

  • Bloemenveiling

  • Markt voor ruwe olie

a

Bij welke van de voorbeelden gaat het om een concrete markt?

b

Leg met een (nieuw) voorbeeld uit dat een concrete markt onderdeel is van een abstracte markt.

Vraag 2

Onderstaande producten worden verhandeld op een abstracte markt:

  • uit eten

  • benzine tanken

  • melk

  • concertkaartje voor de Toppers

a

Leg uit van welke marktvorm er sprake is bij de genoemde voorbeeldproducten.

Vraag 3

Markt bio-eieren stort in


In de biologische eiermarkt gaat het ronduit slecht. De prijzen zijn laag omdat er te veel bedrijven zijn overgeschakeld op biologische productie.

De biologische leghennenhouders draaien op dit moment slecht. De prijzen zijn laag. De oorzaak daarvan ligt vooral in de uitbreiding van biologische bedrijven. Er zijn te veel ondernemers geswitcht, waardoor er een groot aanbod is, maar geen gelijkoplopende vraag.

Supermarkt verhoogt prijzen


De prijzen van levensmiddelen in de supermarkt zijn het afgelopen jaar met 6,5% gestegen.

Vooral biologische producten werden duurder in de supermarkt. Een deel van deze prijsstijging kan verklaard worden uit de toegenomen bewustwording van de consumenten over de impact van hun consumptiegedrag op het milieu. Hierdoor is de bereidheid van consumenten om iets extra te betalen voor deze producten toegenomen.

Bovenstaande fragmenten beschrijven de omstandigheden op twee verschillende markten.

a

Met welke marktvormen hebben we in deze twee fragmenten te maken? Verklaar je beide antwoorden.

b

Leg met behulp van de kenmerken van deze markten uit waarom de supermarkt wél de prijs kan verhogen, maar de biologische eierboer niet.

Vraag 4

Onderstaande afbeelding is (een deel van) het aanbod van smeerbare halvarine in de supermarkt.

a

Halvarine is een heterogeen product. Waar kun je dat het duidelijkst aan herkennen op deze afbeelding?

b

Wat doen producenten eraan om hun product (extra) heterogeen te maken?

c

Waarom hebben producenten belang bij het hebben van een heterogeen product?

Vraag 1

a

Concrete markten zijn:

  • vakantiebeurs
  • rommelmarkt
  • bloemenveiling

Abstracte markten zijn:

  • obligatiemarkt
  • arbeidsmarkt
  • markt voor ruwe olie
b

Een veemarkt is een plaats waar bijvoorbeeld schapen of paarden worden verhandeld.
Er zijn echter meer plaatsen en andere manieren om vee te verhandelen. De plaatselijke markt is een onderdeel van de hele vraag naar- en aanbod van schapen (of paarden, of ander vee).

Vraag 2

a

Uit eten
Veel aanbieders die verschillend product aanbieden: monopolistische concurrentie.

Benzine tanken
Slechts een paar grote aanbieders: oligopolie.

Melk
Veel aanbieders die eenzelfde product aanbieden: volkomen concurrentie.

Concertkaartje Toppers
Eén aanbieder: monopolie.

Vraag 3

a

Biologische eieren
Worden verkocht op een markt van volkomen concurrentie. Er zijn veel aanbieders en een homogeen product.

Supermarkt
Er is sprake van een oligopolie. Consumenten hebben de voorkeur voor een supermarkt, waardoor het gaat om een heterogeen product. Er zijn maar een paar supermarkten die de markt beheersen.

b

Supermarkten zijn volgens de consumenten niet identiek. Dat betekent dat de supermarkt de prijzen (beperkt) kan verhogen, zolang de consument het prijsverschil gerechtvaardigd vindt.
Eieren zijn homogeen. Als een producent de prijs zou verhogen, zou de koper gewoon naar iemand anders gaan. Die verkoopt immers precies dezelfde eieren. Bovendien zijn er heel veel andere aanbieders waar de koper naar toe zou kunnen.

Vraag 4

a

Het heterogene is het beste te herkennen aan de verschillende prijzen.
Consumenten zijn bereid om voor het ene bakje méér te betalen dan voor een ander bakje. Dan moeten ze blijkbaar verschil zien, anders zou er geen extra geld voor betaald worden.

b

Producenten gebruiken bijvoorbeeld kleuren die de consument met “gezond” of “milieuvriendelijk” of “fris” verbindt. Reclames ondersteunen vaak dit imago.
Zelfs als de boter uiteindelijk exact hetzelfde zou zijn, zouden consumenten op die manier tóch de producten verschillend gaan vinden.

c

Op deze manier kunnen producenten klanten aan zich binden. Er ontstaat een voorkeur bij de consument. En die voorkeur kan de producent proberen te versterken. Bijvoorbeeld met reclame.

Als consumenten alle boter hetzelfde zouden vinden, zouden ze het eerste het beste bakje uit het schap pakken (zonder nadenken/kijken).

print