Wanneer de overheid de economie wil stimuleren, zal een deel van de extra uitgaven via extra belastinginkomsten wordt terugverdiend. Dit noemen we het inverdieneffect.

Voorbeeld inverdieneffect

inverdieneffectStel dat de overheid alle inkomen met 20% belast.

De overheid wil de conjunctuur stimuleren.
Bijvoorbeeld met een extra overheidsbesteding van € 8 mld. Maar het zou ook kunnen met een algemene belastingverlaging.
Daardoor stijgt de effectieve vraag, de productie en dus het nationaal inkomen met € 10 mld.

Omdat dit extra inkomen ook met 20% wordt belast, verdient de overheid (20% van 10 mld) € 2 mld terug.
Dit noemen we het inverdieneffect.

In de afbeelding wordt het inverdieneffect aangegeven met de rode pijl.
Uiteindelijk neemt de overheidsschuld niet met € 8 mld. toe, maar met € 6 mld.

Ook omgekeerd

Wanneer de overheid probeert te bezuinigen werkt hetzelfde effect helaas ook omgekeerd.

Stel dat de overheid haar tekort met 12 mld. euro wil terugdringen en daarom 12 mld euro minder gaat uitgeven.
Hierdoor zal de economie minder groeien, wat weer leidt tot een daling van het nationaal inkomen en dus ook een daling van de belastinginkomsten. Bijvoorbeeld met 3 mld euro. 
Het effect van de bezuiniging op het overheidtekort valt tegen, omdat de bezuiniging voor een deel teniet gedaan wordt door de daling van de belastinginkomsten. Het begrotingstekort daalt niet met 12 mld, maar met 9 mld euro.

print