Vraag 1
Hannah eet bijna dagelijks een lolly. Zij koopt die bij de supermarkt. Ook al weet ze dat al die suiker erg slecht voor haar is.
| a |
Teken de bedrijfskolom van een lolly. |
De lolly-producent gaat voortaan de producten via een website rechtstreeks verkopen aan de consumenten.
| b |
Hoe noemen we deze ontwikkeling in de bedrijfskolom? |
De producten worden vanuit de producent via een pakketdienst verzonden naar de consumenten.
| c |
Is het transportbedrijf een schakel in de bedrijfskolom? Verklaar je antwoord. |
Vraag 2
| a |
Welk begrip hoort bij bovenstaande verandering in de bedrijfskolom? Verklaar je antwoord. |
| b |
Welke reden zal de HEMA hebben om dit te doen? |
| c |
Welk begrip hoort bij bovenstaande verandering in de bedrijfskolom? Verklaar je antwoord. |
| d |
Welke reden zullen deze boeren hebben om dit te doen? |
| e |
Welk begrip hoort bij bovenstaande verandering in de bedrijfskolom? Verklaar je antwoord. |
| f |
Welke reden zal dit bedrijf hebben om dit te doen? |



